De Amsterdamse beurs is vrijdag vlak gesloten, na een handelsdag die in het teken stond van het Amerikaans banenrapport.

De AEX sloot fractioneel hoger op 431,32 punten, de AMX verloor 0,1 procent tot 645,12 punten en de AScX noteerde 0,3 procent lager op 758,17 punten.

“We zijn vandaag licht lager gesloten, maar gezien het belangrijk Amerikaans banenrapport, valt het zeer mee”, aldus marktanalist Ron van der Does van IG Markets.

Op macro-economisch vlak bleef het in Europa vrijdag stil. In de nacht van donderdag op vrijdag kwam uit Japan het nieuws dat de activiteit in de Japanse dienstensector in april is gedaald naar 49,3. In Japan bleven de aandelenmarkten van dinsdag tot en met donderdag gesloten.

De focus richtte zich vrijdag met name op het Amerikaans banenrapport, dat gedurende de tweede helft van de handelsdag verscheen. Uit de data van het Amerikaans ministerie van Arbeid bleek dat het aantal banen in april is gestegen met 160.000. Vooraf door The Wall Street Journal geraadpleegde analisten rekenden op een stijging van 205.000 banen. De banengroei in maart werd neerwaarts bijgesteld van 215.000 naar 208.000. Voor februari werd de groei aangepast van 245.000 naar 233.000 banen. Het werkloosheidspercentage noteerde conform de verwachting ongewijzigd op 5 procent.  

Van der Does sprak van een “redelijk slecht” leidend cijfer, maar onderliggend was het rapport “niet verkeerd”. De marktanalist refereerde daarmee onder andere naar de sterker dan verwachte groei van de gemiddelde lonen. De analist verwacht dat de Federal Reserve op basis van de data zijn terughoudende beleid zal handhaven en zal wachten met een renteverhoging in juni. De verhoging van de rente zal mogelijk worden doorgeschoven naar september, met name omdat de inflatie achterblijft.

Volgens marktanalist Philip Marey van Rabobank was het banenrapport voor de Federal Reserve een tegenvaller, met een groei onder de 200.000. Rampzalig wilde Marey het rapport evenwel ook weer niet noemen. De kans op een renteverhoging door de Fed in juni is wel iets kleiner geworden, betoogde de marktvorser, maar bepalend zal toch vooral het volgende banenrapport zijn, kort voor de monetaire vergadering van de centrale bank.

Daarnaast merkte Van der Does op dat de belangrijkste bedrijfscijfers inmiddels achter de rug zijn en de AEX mooi boven de steunlijn van 426 is blijven liggen. De analist kijkt op bedrijfsvlak komende week met name uit naar de cijfers van ING Groep en ABN AMRO, met name gezien de last die financials ondervinden van de lage rentes.

Later op de dag volgen nog data over het Amerikaans consumentenkrediet in maart.

De prijs voor een vat Brent noteerde rond het slot van de handel in Amsterdam 1,1 procent hoger op 45,53 dollar en WTI steeg 1,5 procent tot 45,04 dollar.

De euro noteerde ten opzichte van de dollar op 1,1430.

Stijgers en daler

In de AEX koersten slechts 14 van de 25 fondsen in het groen, onder leiding van SBM Offshore dat 1,3 procent meer waard werd en gevolgd door ING Groep met een winst van 0,8 procent.

ArcelorMittal sloot 1,2 procent lager, na publicatie van de cijfers over het afgelopen kwartaal. De staalreus behaalde in het eerste kwartaal van 2016 conform verwachting een lager bedrijfsresultaat vanwege de lage staalprijzen. Het bedrijfsresultaat (EBITDA) daalde van 1.378 miljoen een jaar eerder naar 927 miljoen dollar afgelopen kwartaal, bij een omzetdaling van 17.118 miljoen naar 13.399 miljoen dollar. De staalleveringen bleven in het kwartaal stabiel op 21,5 miljoen ton, waar dat een jaar terug 21,6 miljoen ton staal was. Volgens analisten van Jefferies en Theodoor Gilissen Bankiers presteerde ArcelorMittal hiermee conform verwachting. Commerzbank evenwel zag reden om het advies voor de staalreus te verlagen van Kopen naar Houden, vooral vanwege het rendement op de vrije kasstroom, dat is gehalveerd naar vijf procent. Het rendement op de vrije kasstroom geeft een indicatie voor het kapitaal dat aan beleggers kan worden teruggegeven via dividenden of inkoop van aandelen.  

ABN AMRO was vrijdag de grootste daler met een verlies van 2,0 procent, gevolg door ASML met een verlies van 1,8 procent en KPN met een verlies van 1,4 procent.

Onder de AMX fondsen kon Air France-KLM op bijval rekenen van de beleggers met een winst van 0,3 procent. IMCD was de sterkste stijger met winst van 2,4 procent. Van de Midkappers voerden Sligro Food Group, OCI en Flow Traders de dalers aan met verliezen van respectievelijk 2,6, 2,0 en 1,3 procent.

Onder de kleinere fondsen steeg Fagron 3,7 procent, nadat vandaag bekend werd dat de magistrale bereider een overeenstemming heeft bereikt met de financiers van de doorlopende kredietfaciliteit en de Amerikaanse private plaatsing over een aanpassing van deze faciliteiten. Door deze aanpassing beschikt Fagron over stabiele financieringsfaciliteiten en herziene financiële convenanten. Indien de eerste tranche van de kapitaalverhoging niet zou plaatsvinden, zal Fagron echter opnieuw in gesprek moeten met de financiers. De aandeelhouders van Fagron gingen tijdens de buitengewone aandeelhoudersvergadering van 4 mei akkoord met alle voorstellen met betrekking tot de voorgestelde kapitaalverhoging.

Value8 maakte opnieuw een koersval van 5,9 procent. Beleggers reageren al enkele dagen geschokt op berichtgeving van de website Follow The Money, waarin oud-analist Roel Gooskens zijn kritiek uitte over de boekhouding van het investeringsvehikel van Peter Paul de Vries. Onder meer de winstcijfers zouden rooskleuriger in de boeken staan.

Tussenstand Wall Street

Rond het slot van de Europese beurzen noteerde Wall Street lager, waarbij de Dow Jones Industrial Average 0,1 procent daalde, de S&P 500 index 0,3 procent verloor en de technologiebeurs Nasdaq 0,6 in het rood noteerde.

Door: ABM Financial News.
Info@abmfn.nl
Redactie: +31(0)20 26 28 999

© Copyright ABM Financial News B.V. All rights reserved. Any redistribution, duplication or archiving prohibited. ABM Financial News B.V. and the provider of this website/application do not warrant the accuracy of any News Content provided and shall not be liable for any errors, inaccuracies or delays in the content, or for any actions taken in reliance thereon.