Italiaanse banken verkeren in slechte toestand. Het grote aantal rommelkredieten binnen het bankenbestel vormt een direct risico voor de financiële stabiliteit binnen de gehele regio. Acht jaar na het uitbreken van de vorige bankencrisis, wordt Italië gedwongen om harde beslissingen te nemen, welke niet alleen haar financiële sector, maar Europa als geheel kunnen ontwrichten. Wat is er nu precies aan de hand?
Waardeloze kredieten
De derde economie in de Eurozone worstelt met een groot aantal rommelkredieten. Deze onrendabele leningen – leningen waarop een terugbetalingsachterstand is ontstaan – vormen 18% van de totaal uitstaande leningen, drie keer het Europees gemiddelde. Samen vertegenwoordigt dit maar liefst €360 miljard, gelijkwaardig aan een vijfde van de Italiaanse economie.
Noodmaatregelen voor Italiaanse banken
Om het probleem aan te pakken heeft de Italiaanse Minister-President, Matteo Renzi diverse maatregelen aangekondigd. In een nieuw voorstel kunnen Italiaanse banken hun rommelkredieten bundelen en als nieuwe schuldpapieren uitgeven (‘securitiseren’). De hoogste kwaliteit van deze nieuw uitgegeven obligaties, zullen door de overheid gegarandeerd worden. Daarnaast zullen banken sneller gerechtigd worden om tot beslaglegging over te gaan bij zakelijke betalingsachterstanden. Maar is er wel genoeg geld?
Steunfonds
Onder de naam Atlante, gebaseerd op Atlas, de god verdoemd om de hemelen in de lucht te houden, is er een nieuw bankenfonds opgericht. Dit fonds is de motor achter het herstelplan en is volstort met €4,25 miljard aan kapitaal. De naam verraadt de onmetelijke taak die het fonds moet vervullen; Het Italiaanse bankenbestel is complex en sterk gefragmenteerd – het kent meer dan 500 banken, met meer bankenketens dan restaurants. Het fonds heeft twee hoofdtaken. Allereerst moet er opgetreden worden als noodinvesteerder bij banken met zwakke liquiditeit; daarnaast zal er een markt gemaakt worden voor deze riskante leningen. Het fonds zal zelf de meest riskante tranches van deze obligaties opkopen om het risico te drukken voor beleggers.
Uw spaargeld is in gevaar door het waardeloze toezicht
In Italië zijn de problemen niet ontstaan door roekeloze kredietgroei, zoals de kredietcrisis 2008, maar door onoplettendheid. Er is onvoldoende bijgestuurd op rommelig kredietbeleid, welke zijn verergerd door zwakke economische groei. Italië had eerder moeten handelen. Maar ook Europa’s beleid ten aanzien van financiële crises draagt bij aan het probleem. Dit is het probleem:
Europese complicaties
Europese commissie hanteert strakke regels om staatshulp tegen te gaan en verplicht het “bail-in” regiem bij falende banken. Hierdoor worden verliezen als eerste gedragen door beleggers en crediteuren, vergelijkbaar met de route die Cyprus nam bij haar bankencrisis. Het is een ideëel doel; staatshulp kan concurrentieverstorend werken en dankzij de bail-in worden belastingbetalers beschermd tegen bankfalen. Maar in dit geval zijn de gevolgen pervers. De Italiaanse staat moet lijdzaam toekijken, terwijl de betere banken de risico’s moeten dragen van hun zwakke broeders. Als gevolg zal de geplaagde bankensector nog vatbaarder worden voor financiële risico’s. De toxische leningen zullen Italiaanse kredietverleners nog lang najagen. De hoge kosten worden door banken gedragen in tijden waarin marges al onder druk staan door het rentebeleid van de Europese Centrale Bank. Het is maar de vraag of Atlante’s schouders sterk genoeg zijn om de lucht lang genoeg omhoog te houden.