Het handelsconflict tussen de Verenigde Staten van Amerika en China duwt de internationale beurzen flink naar beneden. De Dow Jones opende woensdag 4 maart met een verlies van 2 procent. De rest van de beursindexen deden niet veel beter… Beleggers vrezen dat de situatie zal escaleren en kiezen ervoor om hun posities veilig te stellen door winst te nemen.
Amerikaans president Trump vindt het niet voldoende om hogere importbelastingen te heffen op Chinees staal en aluminium. Hij besliste daarom om een lijst van 1.300 Chinese producten vrij te geven die eveneens extra belast zullen worden. China reageerde vrijwel onmiddellijk.
Peking vindt de nieuwe importheffingen op de 1.300 producten onterecht en kan niet langer blijven toekijken hoe de Amerikanen de handelsrelatie eenzijdig naar hun hand zetten. China gaat op zijn beurt voor 50 miljard dollar aan maatregelen in het leven roepen als tegenreactie.
Deze tegenmaatregelen treffen 106 Amerikaanse producten, de import ervan zal met 25 procent belast worden. Onder de producten vallen bijvoorbeeld sojabonen, auto’s, maïsproducten en whisky
Handelsoorlog
Volgens het Chinese ministerie van Financiën schenden de Amerikanen de regels van de Wereldhandelsorganisatie en schaden ze de rechten van China. De Chinezen willen absoluut geen handelsoorlog, omdat hier niemand bij gebaat is. Maar Wang Shouwen, vice-minister voor Handel, liet weten dat China zich niet zal laten doen en ze klaar zijn voor een hard optreden tegen de V.S.A.
De houding van de Chinezen is veranderd ten opzichte van de eerste importheffingen van de Verenigde Staten van Amerika. Toen namen ze rustig de tijd om de situatie te analyseren en kleine tegenmaatregelen te nemen als blijkt van notie dat ze er niet mee opgezet waren.. Deze keer laten ze er geen gras over groeien en reageerden ze vrijwel onmiddellijk en veel harder.
Op de financiële markten zien ze het alvast niet graag gebeuren. Niet verwonderlijk vermits het hier gaat over een handelsconflict tussen de tweede grootste economieën ter wereld.
Bronnen: De Tijd, Business Insider
Foto: Wikimedia
