Duitsland en Italië worden aangespoord om honderden miljarden aan goudreserves terug te halen uit de Verenigde Staten. Centrale banken vrezen dat geopolitieke spanningen en een mogelijke herverkiezing van Donald Trump de toegang tot het goud kunnen belemmeren. Wereldwijd overwegen steeds meer landen hun goud dichter bij huis op te slaan uit veiligheidsoverwegingen.

Italië heeft 43% en Duitsland 37% van hun goudvoorraad opgeslagen bij de Amerikaanse centrale bank in New York.

In de onderstaande grafiek zien we het koersverloop van goud, dat het afgelopen jaar alsmaar een stijgende trend liet zien door wereldwijde onzekerheden:

Politieke verdeeldheid over goudrepatriëring

In Italië pleitte premier Giorgia Meloni’s partij in 2019 nog voor het terughalen van het goud. Ze noemde het riskant om 43% van de reserves onder een “onbetrouwbare Trump-regering” te bewaren. Sinds haar aantreden in 2022 is ze hierover echter stil gebleven, om de relatie met de VS niet te schaden.

Volgens partijgenoot Fabio Rampelli is de locatie van het goud nu van “relatief belang” omdat de VS een “historische bondgenoot” zijn. Meloni wil een handelsoorlog voorkomen en houdt vast aan een goede verstandhouding met Trump.

Duitsland repatrieerde in 2013 al 674 ton goud van Parijs en New York naar Frankfurt. Toch ligt nog 37% van de Bundesbank-goudreserves in New York.

De Bundesbank noemt de New York Fed een “betrouwbare en veilige partner” en benadrukt het belang van spreiding en liquiditeit.

Parlementslid Peter Boehringer stelt dat het vooral gaat om fysieke controle van goud in tijden van crisis, niet alleen om juridisch eigendom.

Terughalen kan verkeerd signaal afgeven

Duitsland’s investeerder Bert Flossbach waarschuwt dat het terughalen van goud een politiek signaal kan zijn dat de relatie met de VS verslechtert. De Bundesbank benadrukt dat New York een belangrijke opslagplaats is, waar het goud snel kan worden ingezet als dat nodig is.