Vrijdagavond was het zover, de Dow Jones Industrial Average sloot voor het eerst sinds 2007 af boven het niveau van 14.000. De voorbode van meer goed nieuws? Daar zijn we helaas niet zeker van, de beurs is nu eenmaal een wereld waar de logica soms ver zoek is. Wat ons verontrust is dat, alleszins toch op de beurs van New York, de man met de pet terug in aandelen belegt. Dat lijkt een positief gegeven, maar helaas is het dat niet (altijd). De particuliere belegger is namelijk niet zo’n goede benchmark om het sentiment op de beurs te meten. Jack Bogle, stichter en chairman van de Vanguard Group, stelt zich van die 14.000 niet zo heel veel voor. De laatste keer dat de Dow Jones boven 14.000 werd gesignaleerd was vlak voor het uitbreken van de financiële crisis. Voorzichtigheid blijft zodoende geboden. Eigenlijk staat de beurs van Wall Street voor een levensgroot dilemma: om de rallye te ondersteunen is het absoluut noodzakelijk dat de Fed obligaties blijft inkopen. De centrale bank moet anderzijds stoppen met die aankopen als ze de rallye een blijvend karakter wil geven. Correctie op komst? In januari vloeide in totaal bijna 32 miljard dollar naar aandelenfondsen, op basis van de cijfers van het Investment Company Institute. Dergelijke bedragen gaan meestal een correctie vooraf en die correctie zou, zoals we al eerder gezegd hebben, wel eens uit de regio Asia Pacific kunnen komen. De beurs van Tokyo is hoofdzakelijk op speculatief geld gestegen en dat is iets wat meestal niet blijft duren.