Goud kende alweer een slechte week. Moeten beleggers maar leven met een berenmarkt? Of houdt de verkoopdruk op de goudprijs eerdaags op? Wij denken het laatste en hier is waarom. Voor wie belegt in goud, fysiek danwel indirect via goudmijnfondsen, zijn het lastige tijden. Telkens als de goudprijs een bodem lijkt te hebben gevonden, zoals onlangs rond de $1.300, duiken er tóch weer verkopers op. Verkopers die bepaald niet zachtzinnig te werk gaan. En dat is op zijn minst toch vreemd. Immers, wie wil verkopen, streeft naar een zo hoog mogelijke opbrengst. Op de goudmarkt, althans de futures goudmarkt, is van dat rationele gedrag niets terug te vinden. Vorige week werd er zelfs zó grof verkocht, dat de handel kortstondig werd stilgelegd. Nu laten we de complottheorieën graag aan anderen over, maar feit is wel dat de manier waarop verkopers te werk gaan voor opgetrokken wenkbrauwen zorgt, en niet alleen bij ons. Papieren versus fysiek Beleggers moeten zich er heel bewust van zijn dat de prijs die telkens op het bord verschijnt, de prijs van futures is. Zoals geld uit het niets tevoorschijn kan worden getoverd door onder andere centrale banken, zo bestaat er ook een papieren goudwereld. Vorige week ramde één handelaar 80 ton goud in de verkoop, papieren goud. Dit op het moment dat de aanbodkant relatief leeg was. Een reguliere verkoper zal in dat soort gevallen zijn verkoop over de dag spreiden. Zoniet deze anonieme verkoper, die juist op dat moment op de verkoopknop drukte. met funeste gevolgen voor de prijs. Een Londense goudhandelaar, Maguire, denkt er het zijne van. Volgens de handelaar is de discrepantie tussen de papieren goudprijs en de fysieke goudmarkt inmiddels zó extreem, dat dit onmogelijk nog lang zo door kan gaan. De kopers van de future goudcontracten besluiten volgens Maguire uitoefening van hun kooprechten in… fysiek goud, wat vervolgens niet meer beschikbaar is. Met andere woorden: de dalende prijs drijft uiteindelijk de goudschaarste op. Gevaarlijk spelletje Maguire wijst tot slot op nog iets heel belangrijks. De (papieren) verkopen zijn volgens hem ‘naked.’ Dat wil zeggen dat de verkoper (s) niet over het fysieke goud beschikken. Daarnaast wordt er door diezelfde verkopers met veel leverage (hefboom) gewerkt. Een gevaarlijk spelletje wat vroeg of laat terug zal slaan op de verkopers, en hard ook. Er is een grote fysieke vraag naar goud, vanuit China en India, maar ook vanuit de centrale banken. Het aanbod droogt langzaamaan op, temeer daar veel goudmijnbedrijven op het huidige niveau mijnen stilleggen in afwachting van een hogere prijs. Veel fysieke vraag, versus veel papieren aanbod. Alle ingrediënten zijn daar voor een hele snelle draai van de markt. Voor wie door al het rücksichtslose verkopen door shortende partijen toch aan het twijfelen wordt gebracht: leest u nog eens hoe de Italiaanse centrale bank over goud denkt. Slim Beleggen biedt u GRATIS de GOUDGIDS aan. Download hier.