Is het soms oliedag bij Slim Beleggen, vraagt u zich af? Jazeker. Naast een blik op de strijd tussen invloedrijke olietraders en de sfeer in de markt zoomen we ditmaal uit voor het grote plaatje. En daarvoor kijken we naar de analyse en grafieken van Robert Rethfeld van Wellenreiter-Invest. Allereerst merkt Rethfeld op dat de kans op een El Niño dit jaar zeer groot is. Dat impliceert een relatief warme winter voor de Midwest en de noordoostelijke staten van de VS. Gevolg: lagere vraag naar aardgas en dito prijzen. In het verleden had dat ook zijn weerslag op de olieprijs. Tijdens de Azië-crisis in 1997/1998 vond er tegelijkertijd een sterke El Niño plaats. De olieprijs daalde toen van $ 22 naar $ 11 per vat. Ook de aardgasprijs halveerde. Tijdens de El Niño van 1982/1983 zakte de olieprijs van $ 36 naar $ 28 per vat. Kortom, een El Niño gaat doorgaans gepaard met een relatief zwakke olieprijs. Pakken we de oliegrafiek sinds 1900 erbij dan zien we een beeld van stapsgewijze stijgingen.
Maar liefst 25 jaar lang vond de olieprijs een plafond op $ 40 per vat. Totdat de koers in 2004 door wist te breken en er een nieuwe trading range van $ 40 tot $ 150 ontstond. Rethfeld:
Over de afgelopen 130 jaar brak de olieprijs nog nooit naar beneden uit een trading range. Op basis van de grafiek is het $ 40-niveau als in beton gegoten.
Een andere chart die de $ 40 bevestigt is de huidige olieprijs vergeleken met de prijs van 12 maanden terug. Een year-on-year daling was zelden groter dan 50%, zoals momenteel ook het geval is. Volgens Rethfeld hebben we daarmee de onderste zone van de bandbreedte bereikt.
We kunnen de historische grafiek ook nog met trendlijnen bekijken. Daarop zien we dat olie onderste steunlijn nog niet heeft bereikt. Die loopt nu rond $ 30 en stijgt langzaam. In extreme gevallen zal de $ 30 de onderste grens markeren, zo stelt Rethfeld.
Kijken we naar de posities op de termijnmarkten, dan zien we dat producenten, swap dealers die vaak tegenpartij zijn van de producenten en fondsbeheerders de volgende posities houden.
Rethfeld:
Kleine speculanten hebben nog een iets te bullishe positie. Hetzelfde geldt voor fondsbeheerders. Voor een bodem zien we idealiter een capitulatie waarbij de nettoposities van alle partijen in de buurt van de nullijn belanden.
We zijn nu $ 5 van de $ 40 verwijderd, dus zo’n scenario zou perfect samenvallen met de super-langetermijnsteunlijn, aldus de strateeg.
Rond de $ 40 zullen een hele reeks marktpartijen long gaan. Shorts zullen posities af gaan bouwen. Daarom zal het $ 40-niveau een zeer goede ondersteuning bieden, wellicht met een tijdelijke uitschieter naar beneden.
<<< Verdien meer geld met deze gratis ULTIEME Trading Almanak >>>