En precies daarom dalen de rentes op staatspapier. De vraag naar staatspapier met kwaliteit met een lange looptijd is hoog, maar het aanbod is laag, mede door het opkoopbeleid van de ECB die het gras voor de voeten van investeerders wegmaait. En u weet, waar veel vraag is, maar weinig aanbod, daar stijgt de prijs, of in dit geval, dalen de opbrengsten daar deze kwaliteitsschulden toch wel gekocht blijven worden.
Verschil in overheidsschuld
Er is veel schuld op de wereld voorhanden. Heel veel zelfs. Helaas, maar de meeste schulden zijn rommel. Voor kwaliteit hoef je niet naar Griekenland, Argentinië of Rusland. Deze zijn door ratingbureaus afgewaardeerd tot junk en in de meeste gevallen ook terecht. Het is niet enkel de vraag of het geld dat wat een dergelijk staatspapiertje heeft gekost ook terugbetaald gaat worden, maar ook wat een verder inzakken van een dergelijke economie doet met de waarde ervan. Maar zelfs Italiaans of Frans staatspapier voldoet vaak niet aan de eisen van institutionele beleggers wat maakt dat ook deze beleggingen niet van hoge kwaliteit zijn. Voor gedegen staatsobligaties moet je zijn in de Verenigde Staten, Duitsland of Japan. Ook Zwitserland, Singapore, Noorwegen of Zweden hebben een AAA creditering. Ook daar valt goed staatspapier te halen net als bijvoorbeeld in Nederland, Australië, Canada en Finland, maar de hoeveelheid staatspapier dat daar op de markt wordt aangeboden blijkt dan een issue. Deze landen met een hoge kredietwaardigheid van ratingbureaus zoals Fitch of Standard & Poors, zullen het probleem van schaarste niet oplossen. Maar er is nog meer schaarste. Wat te denken van alle institutionele beleggers zoals pensioenfondsen en verzekeraars. Zij hanteren doorgaans een spreiding van 40 procent aandelen en 60 procent staatsobligaties. Laat nu net de waardering van aandelen in bijvoorbeeld de S&P500 sinds 2009 zijn verdubbeld. Voor deze instituten is het noodzakelijk om staatsobligaties bij te kopen om de 60/ ratio te kunnen blijven handhaven. De vraag naar kwaliteitsstaatspapier blijft dus enkel maar toenemen. Jaarlijks is er een verschil van ongeveer de 1 tot 2 biljoen dollar tussen de vraag en aanbod, waarbij de vraag dus hoger is. Dit maakt het dat staatsobligaties steeds minder zullen renderen. Doe daarboven op nog eens de taak van de ECB dat maandelijks 60 miljard aan hoogwaardig staatspapier uit de markt wegneemt tot minstens september 2016. Er lijkt slechts één weg voor het geld dat zoekt naar rendement: en dat zijn aandelen. Naar indicatoren uit technische analyses hoeft u niet meer te kijken. De echte marktwerking ligt al een poosje lam. Beter kijkt u hoe beleidsmakers het beeld voor hun zien. Zij hebben de macht en zullen datgene bewerkstelligen wat ze voor ogen hebben.