Afgelopen donderdag werden de beleggers verrast met het nieuws dat de Bank of England voor de achtentachtigste maand op rij de rente ongewijzigd liet staan op 0,50%. De meeste economen hadden daarentegen gerekend op een renteverlaging naar 0,25%. Toch dacht Mark Carney, de gouverneur van de Bank of England, daar geheel anders over. In tijden van economische neergang verlagen centrale banken vaak de rente om op die manier de investeringen en bestedingen te stimuleren. Bij een lage rente wordt het voor de consumenten onaantrekkelijker gemaakt om te gaan sparen en als gevolg daarvan kunnen ze besluiten om het geld vroegtijdig te besteden. Voor de producenten is het daarnaast gunstig om tegen een lage rente een krediet af te sluiten om daarmee de beoogde investering uit te voeren.
Carney wil zijn kruit nog niet verschieten
Het probleem van dit systeem is echter dat consumenten en producenten in tijden van economische neergang juist de liquide middelen, ondanks de lage rente, zullen ophopen. Door de onzekerheid over de toekomst zijn beide groeperingen voorzichtig met hun uitgaven. Juist daarom heeft econoom Keynes ook jaren geleden verkondigd dat in dergelijke tijden alleen de overheid redding kan bieden door de economie te stimuleren. De reden dat Carney op dit moment de rente nog niet verlaagd heeft, komt door het feit dat hij weet dat hij op die manier heel wat van zijn kruit verschiet. Mocht de Britse economie daadwerkelijk te maken gaan krijgen met een recessie, dan is het veel verstandiger om op dat moment alle zeilen bij te zetten. Maar, zoals we in Europa kunnen zien is het stimuleringsbeleid ook niet bepaald een wondermiddel te noemen.