Met een zilverprijs die meer dan 70% lager ligt dan de top in 2011 hebben veel beleggers het kleine broertje van goud al dood verklaard en begraven. Maar deze beleggers vergeten dat er naast een papieren zilvermarkt ook een fysieke zilvermarkt bestaat. En daar is een totaal ander verhaal te horen. Januari is in de Verenigde Staten traditioneel een sterke maand voor de vraag naar Silver Eagles. Maar dit jaar is het kot te klein bij de U.S. Mint. In de eerste handelsweek verkocht de U.S. Mint alle 4 miljoen ounces aan Silver Eagles die voorhanden waren. Het verkocht zelfs al 950.000 ounces zilver voor de tweede week … in die eerste week. De vraag naar fysiek zilver in Verenigde Staten is dan ook immens. Dat is misschien de reden dat een bank als J.P. Morgen de grootste voorraad zilver uit de geschiedenis opbouwt. Hoe sterk de vraag naar Silver Eagles is, kan je zien aan de volgende grafieken waar we een vergelijking maken met 20 jaar geleden.
Tijdens de eerste 6 handelsdagen verkocht de U.S. Mint méér Silver Eagles dan gedurende het volledige jaar in 1996! De verkoop startte maar op 11 januari, maar op 19 januari stond de teller op 4.950.000 ounces of 43% méér dan de 3.466.000 ounces verkocht in het volledige jaar 1996. Wanneer we 2015 vergelijken met 1996 is het beeld nog schokkender: 3.466.000 ounces in 1996 tegenover 47.000.000 ounces in 2015. Dit is 13,5 keer meer dan 20 jaar geleden.
De daling van zilver is puur een daling van de papieren prijs
Uit de laatste grafiek is te zien dat men ook meer zilveren munten en baren koopt dan 20 jaar geleden. In 1996 bestond de vraag nog voornamelijk uit juwelen. Munten en baren kende amper interesse. Maar in 2015 werden er bijna evenveel munten en baren verkocht dan zilver in juwelen.
De fysieke zilvermarkt is de verre van dood en begraven. Met een zilverprijs rond de productiekost is het neerwaartse risico dan ook veel kleiner dan het opwaartse potentieel.