Stel, je belegt in bedrijfsobligaties. De rente daarvan ligt op het niveau van staatsobligaties plus een risicopremie: de spread. Voor de Amerikaanse, risicovollere high-yield bedrijfsobligatiemarkt ligt die spread nu rond 500 basispunten, ofwel 5%. In mei 2007 lag de spread zelfs even rond 3%. Maar slechts anderhalf jaar later keken beleggers op het hoogtepunt van de crisis tegen een extra risicovergoeding van 16% aan. Dat is een leuk niveau om in te stappen, maar minder leuk als je al in bedrijfsobligaties zat. Want een hogere spread betekent voor de prijs van die obligaties koersverliezen. In het geval van 2008: gigantische koersverliezen. Hoe kun je er als belegger voor zorgen dat je zo lang mogelijk profiteert van de rentevergoeding op risicovollere bedrijfsobligaties, maar toch op tijd weg bent? Zodat je de koersverliezen kan vermijden en wellicht winst kunt maken door short te gaan? Je zou zeggen: kijk naar wanneer bedrijven de meeste obligaties moeten aflossen. Als bedrijven in een periode minder hoeven af te betalen, zijn er waarschijnlijk minder faillissementen. Hoe meer tijd een bedrijf heeft totdat de schulden betaalbaar worden, hoe hoger immers de kans dat het een manier kan vinden om te herfinancieren.
Bedrijfsobligaties: de maturity wall
De meeste bedrijfsleningen in het high-yield segment hebben op dit moment nog een looptijd van 4 tot 7 jaar. Slechts weinig lopen binnen 2 jaar af. Er is geen maturity wall, een muur van aflopende obligaties, zoals dat heet. Daarom zijn veel marktvorsers nu positief op de bedrijfsobligatiemarkt. Maar heeft dat in het verleden ook zo gewerkt? De strategen van GMO bekeken deze logische gedachte in een paper. Daaruit blijkt echter het tegenovergestelde.
We vinden dat, in tegenstelling tot de conventionele wijsheid, op alle drie historische draaipunten het aantal spoedig aflopende bedrijfsobligaties juist laag lag. Dus op de drie punten waarop beleggers juist een verkoopsignaal nodig hadden, zei de maturity wall: “maak je geen zorgen.”
Sterker nog, op de bodems van de bedrijfsobligatiemarkt waren er juist veel bedrijven waarvan hun obligaties op korte termijn afliepen. Dat bleek dus achteraf het beste instapmoment. Hoe kan dat? GMO vermoedt dat op het hoogtepunt van de hausse risicovollere bedrijven zonder veel moeite hun leningen 1) voor lange termijn, en 2) tegen lage rentes kunnen herfinancieren. Dat doen ze natuurlijk maar al te graag. Op de bodem van de markt geldt precies het omgekeerde. Dat maakt de huidige bedrijfsobligatiemarkt dus, tegen alle intuïtie in, juist gevaarlijk.
<<< Download de gratis Beursbijbel: 10 Geboden voor iedere Belegger >>>