Black Monday oktober 1987: Alan Greenspan schiet in paniek en zet voor de eerste keer in de geschiedenis de monetaire spuigaten open. Wat volgt is decennia lang monetaire stimuluspakketten waarbij we nu de top bereikt hebben. Het einde van een tijdperk is in zicht. Sinds die bewuste oktober 1987 steeg de S&P500 met ongeveer 1.000%. Deze stijging kwam er niet door economische groei maar door de creatie van schulden. Het gemiddelde huishoudinkomen was aangepast aan inflatie in 1989 even hoog als vandaag. De stijging van de aandelenmarkt moet dus ergens anders van komen. Die kwam er dus door de creatie van $225 biljoen globale schulden. Maar de wereld bouwde te veel goederen, grondstoffen, huizen, fabrieken,… China werd uiteindelijk het epicentrum van de schuldenbubbel. De wereld produceert vandaag meer dan het consumeert. De schulden nemen toe terwijl de prijzen afnemen, het tij is aan het keren – aldus DR. De grondstoffencrisis en de forse daling in kapitaaluitgaven zorgen voor steeds lagere winsten bij de bedrijven. Deze trend zal de komende jaren blijven aanhouden. Op hetzelfde moment zitten de centrale banken aan het einde van hun mogelijkheden. In de groeilanden moeten de centrale banken hun balansen al inkrimpen om kapitaalvlucht te ontmoedigen. En nog zag China de laatste 5 kwartalen $800 miljard vertrekken. Centrale banken van ontwikkelde landen beseffen dat quantitative easing niet werkt en hebben al rentevoeten rond of onder 0%. De geloofwaardigheid van de centrale banken ebt nu snel weg. Dit zet de aandelenmarkten onder druk, en het wordt erger dan tijdens de financiële crisis.
Centrale banken kunnen u niet meer redden
In 1994 bedroeg de marktkapitalisatie van de globale aandelenmarkten $15 biljoen. Na eindeloze monetaire interventies piekte de marktkapitalisatie van de globale aandelenmarkt eerder dit jaar op $75 biljoen. Tijdens de crisis van 2008-2009 verloor de globale aandelenmarkt al eens 50% van zijn marktkapitalisatie. Samen met de biljoenen verliezen op schuldpapier daalde de globale financiële bubbel van $240 biljoen met 16% tijdens de financiële crisis. De val van 2008 werd nog gestopt door ongeziene monetaire interventies van de Federal Reserve. Andere centrale banken waren verplicht om daarna mee te doen. Rentevoeten staan nu al 81 maanden op 0% in de Verenigde Staten, in Europa werden al negatieve rentevoeten ingevoerd.
Het enige dat de monetaire interventies hebben gedaan is het blazen van bubbels. Wall Street gaat er nog steeds van uit dat de centrale banken opnieuw de markten komen redden, maar het is hoogst onwaarschijnlijk dat de centrale banken $300 biljoen aan bubbels nogmaals kunnen opblazen.