Een paar weken geleden won links de meerderheid in de Portugese parlementaire verkiezingen met beloftes om de bezuinigingen terug te draaien. De Socialistische Partij, de Communisten en het radicale Linkse Blok legden hun onderlinge vetes bij. Ze waren klaar om het roer van de centrumrechtse coalitie over te nemen. Alleen de rechtse president Aníbal Cavaro Silva kon nog een stokje voor steken voor een linkse regeringscoalitie. Wat hij, tot ontzetting van velen, ook deed. Maar dat plannetje is nu opgeblazen. De linkse partijen hebben een definitieve deal gesmeed, zo meldt commentator Ambrose Evans-Pritchard. En dat kon ook eigenlijk niet anders. Catarina Martins, leider van het Linkse Blok, stelt:
We hebben geen coup hier, we hebben een democratie. Wie de benodigde stemmen in het parlement mist, kan geen regering vormen.
Daarmee verliest Duitsland wel de grip op het Portugese bezuinigingsbeleid. Want de Communisten mogen dan hun eisen om terug te keren naar de escudo hebben laten vallen, en het Linkse Blok mag de eurosceptische toon hebben getemperd en niet meer pleiten voor schuldafschrijving, er gaat wel degelijk wat veranderen. En die linkse ambities zijn onverenigbaar met het Europese fiscale verdrag, zo stelt Evans-Pritchard. Zo wil de nieuwe coalitie de loonsverlaging van ambtenaren en het bevriezen van de pensioenen terugdraaien. De structurele hervormingen worden gestopt. En er liggen plannen om het minimumloon te verhogen naar € 600 per maand, plus twee bonusmaanden. Gezien de lage lonen zou een kwart van alle werknemers hieronder vallen. Volgens economen is dat extreem hoog. Zij verwachten dat deze maatregel de hoge werkloosheid verankert en kleine bedrijven zal verstikken. Een EU expert die nauwe banden met het land onderhoudt bekijkt de ontwikkelingen dan ook met argusogen:
Dit is zeer negatief en zal de economische dynamiek verlagen. Ik maak me grote zorgen over waar dit heen gaat. Portugal is nog steeds een arm land. Ze hebben de concurrentiekracht nog niet hersteld en ze hebben niet de ondernemersgeest van Griekenland, maar ze denken dat ze nu veilig zijn. Ik vrees dat er binnen twee à drie jaar een nieuwe crisis kan ontstaan.
Veel reserves heeft Portugal in ieder geval niet. Met een totale schuld van 370% van het bbp laat het alleen Japan voor zich. Maar dat land is een internationale crediteur. Portugal heeft daarentegen een nettoschuld aan het buitenland van 116% van het bbp. Dat is ver voorbij de veilige grens van 30% die het IMF hanteert, aldus Evans-Pritchard. In bovenstaande grafiek is te zien dat de rente-spread, ofwel risicopremie, tussen Portugese en Duitse staatsobligaties alweer langzaam opkruipt. Iets om goed in te gaten te blijven houden. In Spanje zijn op 20 december aanstaande verkiezingen. Het belooft er om te spannen of daar de rechtse coalitie wel de meerderheid behoudt, of dat ook de Spaanse kiezer zich afkeert van het grotendeels door Europa opgelegde bezuinigingsbeleid. Europa kan de borst alvast natmaken.