Op dezelfde dag dat China wist te verrassen met beter dan verwachte bbp-cijfers, zag de Japanse centrale bank zich gedwongen om zijn groeioutlook te verlagen. Maar zelfs nu de Chinese economie tekenen van herstel toont, blijft het kwetsbaar voor het soort crash dat Japan meesleepte in een deccenialange daling dan de consumentenprijzen en een stagnerende groei. In researchnotes van zowel Oxford Economics als HSBC Holdings, wordt dan ook gewaarschuwd voor de overeenkomsten tussen China vandaag de dag en Japan in 1990.
China en Japan
Hoewel de 2 rapporten tot verschillende conclusies komen, komen ze wel overeen dat er tussen China en Japan genoeg overeenstemming is om op zijn minst waakzaam te zijn. Zo zag Japan een flinke groei in door de jaren ’80, wat duurde tot het barsten van de vastgoed- en aandelenmarktbubbel in 1990. China heeft de afgelopen decennia natuurlijk ook forse groei ervaren, wat ervoor heeft gezorgd dat ook daar de vastgoedprijzen fors zijn opgelopen. En in het afgelopen jaar sloten de aandelenmarkten in het land zich bij deze rally aan. Oxford Economics meldt in zijn analyse dat voorspellers extreem langzaam waren in het herkennen van hoe sterk het Japanse groeipotentieel kon dalen na de crash. Ook waren ze extreem langzaam in het herkennen van hoe lang de gevolgen zouden aanhouden in het land. De té optimistische verwachtingen voor de Japanse economie hielden te lang aan na de crash en ook werden factoren zoals een verouderende bevolking genegeerd. Iets vergelijkbaars gebeurt nu bij voorspellers die China in de gaten houden. Hoewel de verwachtingen voor de middellange termijn bescheiden zijn bijgesteld in de afgelopen jaren, lijken ze nog steeds te optimistisch ten opzichte van de demografische data.
Overeenkomsten China en Japan
‘Een kwart eeuw terug had de Japanse economie verrassend veel overeenkomsten met de Chinese economie vandaag’, zei econoom Adam Slater. ‘Dit zou moeten dienen als een waarschuwing voor China-observanten, maar ook voor beleggers. Zeker omdat sommige van dezelfde waarschuwingssignalen nu in China te vinden zijn, zoals chronische overinvesteringen, een hoge schuld in de private sector, opgeblazen financiële markten en een slechte demografische samenstelling.’