Glencore bereidt zich voor op het ergste. Net als Anglo American zwicht het mijnbouw-conglomeraat voor de druk van de markt om de schuldenlast terug te dringen. Volgens Glencore CEO Ivan Glasenberg is het bedrijf operationeel verder in prima conditie. De vrije kasstroom kwam uit op $ 2,3 miljard, zelfs bij de huidige bodemprijzen voor koper, zink, nikkel en kolen. Tegenover die kasstroom stond begin dit jaar wel een schuld van ruim $ 30 miljard. $ 15 miljard daarvan stamt uit de overname van mijnbouwer Xstrata in 2013. Dat was tegelijkertijd het moment dat de neergang van de – van origine – grondstoffenhandelaar inzette. In de loop van 2015 bracht Glencore de schuld al terug tot $ 25 miljard, onder meer door een aandelenemissie en de verkoop van een zilver-stream op de Antamina kopermijn in Chili. Het stopzetten van het dividend moet nog eens $ 2,4 miljard op jaarbasis opleveren. Eind volgend jaar zou de nettoschuld dan op $ 18 à $ 19 miljard moeten uitkomen. Glasenberg is voorzichtig met het praten over een grondstoffenbodem. Maar zijn ondertoon is er een van onstuitbaar optimisme, zo schrijft Ambrose Evans-Pritchard in de Telegraph. De CEO meent dat de balans van vraag en aanbod voor industriële metalen begint te draaien:
Ons orderboek in China ziet er voor 2016 behoorlijk goed uit. De verkoop van zink, koper en nikkel is zeer goed geweest.
Daarmee spreekt Glasenberg het beeld uit dat ook wijdverspreid is onder andere grote Zwitserse handelshuizen: dat de grondstoffen-baisse ver voorbij de onderliggende fundamenten is geschoten door de massale liquidatie van grondstoffenposities in ETFs. Hedge funds gooien met shortposities nog extra olie op het vuur. Dat leidt tot een een sneeuwbaleffect in de koersen, zelfs terwijl de fysieke vraag op peil blijft, aldus Evans-Pritchard. Volgens koperhandelaren liggen de Chinese voorraden op een extreem dieptepunt van 800.000 ton, ofwel 13 dagen aan aanbod. En de laatste handelsdata uit China lieten voor september een stijging van de koperimport met maar liefst 37% zien ten opzichte van augustus. Volgens marktveteranen betreft dit ‘echte’ eindvraag, niet simpelweg de inkoop voor de overheidsreserves.
Glencore: China vervult sleutelrol
Glencore zet in ieder geval voor nu wel een aantal mijnen in Zambia en Congo in de mottenballen. Niet omdat deze niet meer winstgevend zouden zijn. Glasenberg wil de reserves liever sparen voor als straks de metaalprijzen weer hoger noteren. En de markt niet overstromen met nog meer aanbod. Hij spreekt dan ook zijn onbegrip uit over andere mijnbouwers, die koste wat het kost blijven produceren en ondertussen hopen op een prijsherstel. De sleutel tot de toekomstige metaalprijzen blijft in China liggen. Feit blijft dat Glencore in het verleden de situatie aldaar volkomen fout inschatte. Maar Ambrose Evans-Pritchard toont daar wel enigszins begrip voor:
Uiteindelijk is Glencore een play op China. En China blijft een Churchilliaanse sfinx, een raadsel gewikkeld in een mysterie dat opgeborgen zit in een enigma. Zelfs voor ’s werelds slimste handelaren.