Vorige week woensdag besloot de Amerikaanse centrale bank om voor de vierde keer dit jaar de rentestand met een kwartpunt te verhogen. Deze renteverhoging wist te leiden tot sterk dalende beurskoersen. Deze dalende beweging werd extra ondersteund door de uitspraken van Fed-voorzitter Jerome Powell.

Donald Trump heeft zich de afgelopen maanden meermaals negatief uitgelaten over de door hem aangestelde Fed-voorzitter Jerome Powell. Volgens de president is dit niet het moment om de rente te verhogen. Hiermee remt de Fed immers de groei van de Amerikaanse economie af. Powell benadrukte vorige week woensdag nogmaals dat de Amerikaanse centrale bank onafhankelijk dient te handelen. Met andere woorden kan Trump zich beter bezig gaan houden met andere politieke vraagstukken.

De Fed ziet het liefst een inflatiestand van 2%

Powell sloot niet uit dat er volgend jaar nog meer renteverhogingen zullen volgen. Toch is het nog maar de vraag of de Fed daadwerkelijk haar agressieve beleid in de toekomst kan voortzetten. Op de bovenstaande grafiek, afkomstig van Bloomberg en Saxo Bank, is immers te zien dat de Amerikaanse inflatie sterk afhankelijk is van de beweging bij de olieprijs. En door de dalende olieprijs kan de inflatie onder druk komen te staan. En dat is niet gewenst, want Powell ziet het liefst een inflatiestand van rond de 2%.

Wat dat betreft is de dalende olieprijs dus mogelijk een redding voor beleggers. Indien de olieprijs langdurig zo laag blijft, zal dit zonder twijfel effect hebben op de inflatie. En daardoor dus indirect ook op het beleid van de Amerikaanse centrale bank.