Eens aanzien als een uitzonderlijke maatregel lijkt het erop dat negatieve rentevoeten het nieuwe (ab)normaal lijkt te worden. De ene centrale bank na de andere pakt er mee uit de laatste jaren. Maar deze irreële maatregel heeft één gigantisch nadeel: het werkt niet. De centrale bank van Denemarken was de eerste om negatieve rentevoeten toe te passen. Daarna volgde de Zwitserse en de Zweedse als ‘kleinere’ centrale banken. Maar ook grote centrale banken als de ECB en de Bank of Japan hebben zich ondertussen bij de club aangesloten. Negatieve rentevoeten – NIRP – werden ingevoerd met de intentie de munt te verzwakken, inflatie te stimuleren en de aandelenmarkt te ondersteunen. Maar niets lijkt minder waar want theorie is enkel theorie in theorie, nooit in praktijk.
NIRP zou banken moeten aanzetten meer geld te ontlenen en consumenten om meer geld uit te geven. Een zwakkere munt stimuleert de economie. Dit alles zou inflatie moeten aanwakkeren en de aandelenbeurs een duw in de rug moeten geven … in theorie.
De markten zijn monetaire stimulus beu
Enkel in Zweden hebben negatieve rentevoeten een minieme impact op inflatie en de aandelenmarkt. Dit is een groot verschil met quantitative easing, het vorige speelgoedje van de centrale banken. QE was veel meer succesvol op het gebied van een zwakkere munt, hogere inflatie en een stijgende aandelenmarkt.
De reden is volgens analisten Chris Xiao en Vadim Iaralov van BofAML niet ver te zoeken: de markten zijn monetaire stimulus zo beu als koude pap. Monetaire stimulus is uitgeput en werkt niet meer. De markt ziet dat er steeds meer monetaire stimulus vereist is om hetzelfde resultaat te bekomen. De financiële markten hebben er genoeg van. NIRP heeft volgens Chris Xiao en Vadim Iaralov echter toch nog 1 goede eigenschap: wanneer de markten het geloof verliezen in de capaciteit van de centrale banken, zullen de overheden eindelijk uit hun pijp moeten komen om de economie terug leven in te blazen.