Het lange paasweekend biedt de investeerders de kans om eens goed na te denken over wat er in de afgelopen week op de markten is gebeurd. Alles overheersend was daarbij uiteraard de affaire Cyprus. Dat Cyprus is weliswaar voorlopig gered, maar daarmee is dan ook alles gezegd. We maken ons sterk dat het onderwerp Cyprus vroeg of laat opnieuw op tafel zal komen te liggen, naast andere onderwerpen. We noemen voor de vuist weg de wankele situatie in Slovenië, de politieke soep die Italië aan het koken is en de barslechte indicatoren in Spanje. Wachten op Chinese purchasing managers index (PMI) Na de beurs op Wall Street hebben ook de Aziatische beurzen de maand maart en het tweede kwartaal afgesloten. De beurs van Tokyo gaf daarbij een ietwat vreemd beeld te zien. De Nikkei sloot een half percent hoger, de bredere Topix moest echter wat inbinden. Het is nu wachten op de Chinese purchasing managers index (PMI) die maandag wordt gepubliceerd en die de markten kan gaan aansturen. Gerekend wordt op een toename naar 52, of een piek sinds 11 maanden, tov 50,1 in februari, of een bodem sinds 5 maanden. Dan is er nog Japan, waar de centrale bank vergadert. Junko Nishioka, chief Japan economist bij RBS, vreest dat premier Shinzo Abe het objectief van een inflatie pas binnen enkele jaren zal bereiken. Of de investeerders zoveel geduld zullen opbrengen, is een ander paar mouwen. De beurs van Tokyo is alvast een toontje lager gaan zingen.