Tot dusver zijn er al 19 meetings georganiseerd met de Euro-crisis als belangrijkste (en meestal) enige onderwerp. Geen enkele van die meetings heeft een definitieve oplossing voor het probleem opgeleverd. We trappen een open deur in door opnieuw te zeggen dat de meeting van donderdag 28 en vrijdag 29 juni van het grootste belang is. Maar ditmaal is het echt menens. Al 5 landen zijn al steun komen vragen en dat groepje kan niet blijven aanzwellen. Nu al wordt Italië als volgens kanshebber getipt en de Italiaanse teleurgang zou zelfs niet zo lang op zich laten wachten. De Spaanse rente is inmiddels onhoudbaar hoog, het land krijgt nog amper bonds met looptijden van enkele maanden geplaatst. Een paar maanden zomerse maanden rust kunnen wonderen doen Niet toevallig wordt er naar aanloop van de Euro-meeting druk overleg gepleegd tussen de ministers van de toplanden in Europa. Het besef is aanwezig dat er inderdaad iets moet gebeuren, ditmaal zal een halsoverkop genomen beslissing niet meer volstaan om het vuur te doven. De gesprekken zullen onder andere gaan over een gemeenschappelijke minister van financiën die een eerste stap kan betekenen in de richting van een volwaardige politieke unie. De oprichting van die unie zal tijd en moeite kosten en vooral aan tijd is er een schrijnend gebrek. Het geduld van de markten is bijna op. Een duidelijke beslissing kan ons een rustigere periode inloodsen. Wachten op wat komen gaat Dinsdag 26 juni is geen dag dat geschiedenis werd geschreven op de financiële markten. Iedereen zich op het puntje van zijn stoel te wachten op wat er komen gaat. Op de beurs van Wall Street werd er bovendien zowel goed als slecht nieuws, waarbij beiden elkaar zowat in evenwicht hielden. Het goede nieuws is dat de sector van het onroerend goed van betere tijden mag beginnen te dromen, afgezien van heel wat overhang van onverkochte woningen op de markt. Slecht nieuws was er ook: het sentiment van de Amerikanen als consumenten wordt wankel, want in de huidige constellatie niemand echt zal verbazen.