‘Het internet zal verdwijnen’, is een uitspraak die afgelopen week gedaan is door Eric Schmidt, executive chairman bij Google. Nu is het op zichzelf al een bijzondere uitspraak, maar uit de mond van een Google-topman is het toch helemaal een vreemde gewaarwording. Toch is het volgens Schmidt enorm helder: ‘Het einde van het internet is in zicht. In ieder geval voor het internet zoals we dat kenden.’ Dat zei Eric Schmidt tijdens het World Economic Forum in Zwitserland. De topman die toch wel behoorlijk wat verstand heeft van internet, beweert dus dat het in de huidige vorm zal verdwijnen. Wat bedoelt hij daar precies mee? Schmidt denkt dat internet zoals we dat nu kennen zal verdwijnen. Het wordt volgens de topman van Google een onderdeel van ieder aspect van ons leven. Het internet zal verweven zijn met elk object en apparaat dat we gebruiken.

Zo positioneert Google zich

‘Er zullen zoveel verschillende ip-adressen zijn, zo ontzettend veel verschillende apparaten, sensoren en draagbare dingen waarmee mensen interactie zullen hebben, dat ze straks niet eens meer doorhebben dat al deze dingen met het internet verbonden zijn. Het wordt echt een onderdeel van alles wat je doet, de hele dag door’, aldus Schmidt die daarmee dus zegt dat de tijd van bewust connecten met het internet zal verdwijnen. Google positioneert zichzelf momenteel als een grote speler in het nieuwe tijdperk dat we mogen verwachten volgens de topman. Zo deed de internetzoekgigant recent ook een nieuwe investering. Het bedrijf zou namelijk voor 1 miljard dollar hebben geïnvesteerd in SpaceX van Elon Musk. Met het geld van Google zouden gebieden waar internet slecht werkt, geholpen moeten door middel van internet via satellieten. Tevens speelt Google ook meer en meer in op de draadloze sector. Zo zou het van plan zijn om telefoons direct aan consumenten aan te bieden. Google zou van plan zijn om te werken met de draadloze netwerken van Sprint en T-mobile door op hun bestaande netwerken voort te bouwen. Speel ook in op de nieuwste innovaties met tips uit het Technologie Rapport