De jongste weken is er veel gedebatteerd over het beruchte adagium ‘sell in may and go away’, maar over dit onderwerp is al meer dan één wetenschappelijke studie gepubliceerd. De in het oog springende studie dateert van 2002, telt 27 pagina’s en is van de hand van professor Ben Jacobsen, van de Rotterdamse School of Management. De professor kreeg bij zijn onderzoek hulp van Sven Bouman van Aegon Asset Management. Tot welke conclusies kwam dit duo?
- Op de eerste plaats stelden ze vast dat ‘sell in may and go away’ in 36 van 37 onderzochte beurzen (zowel volwassen beurzen als groeimarkten) inderdaad een kern van waarheid bevatte. De onderzoekers stelden vast dat er al sinds 1694 (!) sprake was van een seizoenseffect op de beurs van London.
- Een beleggingsstrategie gebaseerd op deze anomalie kan volgens Jacobsen en Bouman in veel landen zeer rendabel zijn. De outperformance op jaarbasis (aangepast voor de te lopen risico’s) bedroeg 1,5% tot 8,9%, afhankelijk van het land in kwestie. Vooral gespreid in de tijd is het effect aanzienlijk en economisch significant. De onderzoekers sluiten uit dat er sprake is van beïnvloeding door data-mining. Grotere risico’s hoeven de beleggers niet eens te nemen.
- In 2008 kregen Jacobsen en Bouman bevestiging van hun bevindingen door een studie van het New Zealand Institute of Advanced Study. De resultaten van de studie verschenen in The Financial Review en lieten aan duidelijkheid niets te wensen over: op alle beurzen in de United States en in 48 van 49 industriële sectoren leverden aandelen meer op in de winter- dan in de zomermaanden.
De resultaten van de zelfbenoemde Halloween Strategy van Ben Jacobsen werden tevens in een grafiek gegoten, versus een buy & hold strategie.