Ooit was er een tijd dat de hegemonie van de United States bijten kijf stond. Economisch gezien was het land een supermacht, militair gezien eveneens. De Vietnam-oorlog kwam dat plaatje even verstoren maar vooral dankzij de technologie slaagde de U.S. er in om de toonaangevende positie te behouden. Het is echter niet langer meer eenzaam aan de top, er zijn steeds meer concurrenten die hun plaatsje onder het daglicht opeisen. China is in volle opmars en het gewicht van de Chinezen zal in de komende decennia alleen maar groter en groter worden. Ook militair wil het land zijn zegje hebben. Dan is er ook Europa, waar Duitsland steeds nadrukkelijker het voortouw neemt. De Europese periferie – zeg maar de probleemlanden in het zuiden – overleven dankzij de gratie van de Duitsers en de andere sterke landen uit de kern van de Eurozone.
United States nog een grootmacht?
Samen met China wil ook Rusland een grotere vinger in de geografische pap. De Russen willen daarbij de erfenis van het tsarenrijk nieuw leven inblazen. Hun houding in het Syrisch conflict spreekt in dat verband boekdelen, de Russen gaan daar duidelijk tegen de rest van de wereld in. Ook in de affaire Oekraïne hebben de Russen hun tanden getoond en doen ze dat nog. Maar in de United States zelf is de drang om de grootste en de beste te zijn niet meer zo nadrukkelijk aanwezig. Na de dure oorlogen gevoerd in Afghanistan en Irak hebben de Amerikanen alleszins voorlopig de buik vol van het politieagent spelen in de rest van de wereld. Maar hier komt meteen een groot gevaar om de hoek loeren. Als niemand meer sterk genoeg is om internationaal ontzag af te dwingen dreigt een spelletje armworstelen te ontstaan waar uiteindelijk niemand echt beter van zal worden. Meteen is de basis voor een komend conflict gelegd dat de markten nog heviger op de grondvesten zou doen daveren dan de grote financiële crisis van 2008-2009. Terug vertrouwen in de Beurs? Lees dan eerst DIT