Het goud doet zijn werk als veilige haven in de huidige barre markttijden maar half. Waarom is er eigenlijk geen koersexplosie nu iedereen de weg naar de uitgang op de beurzen lijkt te zoeken? De goudprijs heeft er een goed jaarbegin opzitten met een winst van 4% tot 1100 dollar per ounce. Toch kunnen goudkevers hier niet tevreden mee zijn in het licht van de stevige beurscorrectie. Ze hadden ongetwijfeld op een veel sterkere koerssprong gerekend. Het edel metaal vervult eigenlijk onvoldoende zijn rol als veilige haven, zoveel is duidelijk. Er zijn verschillende redenen:
- De Amerikaanse dollar houdt goed stand
- Aantal shorters blijft hoog
- Jarenlang pessimisme verdwijnt niet zomaar
- Verplichte verkoop door heel wat marktparticipanten
Nader verklaard
Beginnen we bij het laatste punt. Door de stevige koersverliezen op de beurzen en op andere markten moeten sommige marktparticipanten verplicht posities verkopen. Goudposities in portefeuille kunnen daarvoor in aanmerking komen. Margin calls op bepaalde activa, hebben dus gevolgen op andere posities. Dit gegeven is niet te onderschatten. Daarnaast speelt de neerwaartse tendens van de goudprijs sinds 2011 een niet onbelangrijke rol. Nog steeds zien veel bankiers en non-believers het goud verder dalen, zeker als de beurzen plots zouden heropleven. Een positie in goud nemen voor de lange termijn is voor velen dan ook nog steeds uit den boze. Daarvoor is er na een jarenlange berenmarkt te weinig vertrouwen. Een groot deel van de markt behoudt dan ook zijn shortposities ondanks de zwakke beursomgeving. Zo liet BNP Paribas enkele dagen geleden nog optekenen dat het de goudprijs in 2016 onder de 1000 dollar ziet zakken. Uiteindelijk blijft de Amerikaanse dollar zich ook kranig houden. En velen redeneren dat zolang de dollar sterk blijft, goud niet stevig zal herstellen.