(ABM FN-Dow Jones) De Amerikaanse beurzen lijken vrijdag lager te gaan sluiten, omlaag getrokken door de oliefondsen. In zijn algemeenheid treffen de voortdurende daling van olieprijzen de financiële markten. Verder kijken investeerders weer naar de rapportages van beursgenoteerde bedrijven, nu het kwartaalcijferseizoen goed op stoom komt.

De toonaangevende S&P 500 index daalde ongeveer een half uur voor de slotbel in New York 0,3 procent tot 2.349,40 punten, de Dow Jones index verloor 0,1 procent tot 20.559,12 punten. De Nasdaq noteerde krap 0,2 procent lager op 5.906,37 punten.

Minister Steven Mnuchin van Financiën maakte vrijdag in Washington bekend dat de regering Trump “heel dichtbij” het lanceren van een voorstel voor een belastinghervormingsplan is. Hij gaf daarbij aan dat daarbij ook gekeken wordt naar regels omtrent belastingontwijkingen, waarbij Amerikaanse bedrijven hun hoofdkantoren verplaatsen naar landen met een gunstiger belastingklimaat voor bedrijven.

Het vorig jaar ingezette herstel voor de staalmarkten zal dit jaar en volgend jaar doorzetten, zij het in bescheiden mate, zo bleek vrijdag uit een vooruitblik van brancheorganisatie World Steel Association. Nadat de mondiale vraag naar staal in 2016 met 1,0 procent steeg, verwacht World Steel dit jaar een groei van 1,3 procent. In 2018 neemt de groei weer af tot 0,9 procent.

“In 2016 was het herstel van de vraag sterker dan verwacht vooral vanwege China. We denken dat we in 2017 en 2018 een conjuncturele opleving van de vraag naar staal zullen zien, met een aanhoudend herstel in opkomende en ontwikkelde economieën”, zei voorzitter Narendran van de brancheorganisatie.

De organisatie sprak ook over onzekerheden voor de staalmarkten, met name op geopolitiek gebied. Hierbij moet gedacht worden aan onzekerheid over het Amerikaanse beleid onder leiding van president Donald Trump, de ontwikkeling van het vertrek van het Verenigd Koninkrijk uit de Europese Unie en de opkomst van populistische partijen in Europese verkiezingen. Daar staat tegenover dat de risico’s van conflicten in het Midden-Oosten en in Oekraïne volgens World Steel lijken te zijn afgenomen.

Olie noteerde vrijdag in het rood. Een juni-future West Texas Intermediate daalde 2,1 procent tot 49,64 dollar, terwijl een juni-future Brent 1,9 procent goedkoper werd op 51,99 dollar.

De euro/dollar noteerde op 1,0697. Bij aanvang van de handelsdag in New York bewoog het muntpaar nog op 1,0701 en rond het sluiten van de Amerikaanse beurzen op donderdag stond er een stand van 1,0722 op de borden.

Op macro-economisch gebied werd vrijdag bekend dat de bedrijvigheid in de Amerikaanse industrie en dienstensector in april opnieuw minder hard is gegroeid, zo bleek uit voorlopige cijfers van Markit Economics. De inkoopmanagersindex voor de industrie daalde van 53,3 in maart naar 52,8 in april. Dit is het laagste niveau van de laatste zeven maanden. De index voor de dienstensector liep terug van 52,8 naar 52,5; het laagste niveau van de laatste 7 maanden. Hiermee kwam de samengestelde inkoopmanagersindex in april uit op 52,7, waar dit 53,0 in maart was. De index noteert daarmee ook op de laagste stand in zeven maanden tijd.

De verkoop van bestaande woningen in de Verenigde Staten is in maart op maandbasis gestegen, rapporteerde het Amerikaanse ministerie van Handel. Het aantal verkochte bestaande woningen steeg vorige maand met 4,4 procent tot een jaarlijks voor seizoensinvloeden aangepast aantal van 5,71 miljoen stuks. Vooraf werd gerekend op een aantal van 5,59 miljoen verkochte bestaande woningen. Op jaarbasis stegen de bestaande woningverkopen in Amerika in maart met 5,9 procent.

Bedrijfsnieuws

Oliedienstverlener Schlumberger verloor 2,8 procent, nadat het concern voorbeurs over het eerste kwartaal een lagere winst rapporteerde op een licht hogere omzet. De cijfers bleven achter bij de verwachtingen.

Visa boekte in het afgelopen kwartaal een winst van 430 miljoen dollar, of 0,18 dollar per aandeel. Een jaar eerder was dat nog 0,71 dollar. Exclusief eenmalige posten steeg de winst per aandeel van 0,68 naar 0,86 dollar. De omzet steeg van 3,6 miljard dollar naar 4,5 miljard dollar. Het aandeel noteerde 0,4 procent hoger.

Speelgoedfabrikant Mattel leverde 13,1 procent in na de publicatie van tegenvallende omzet- en verliescijfers over het kwartaal.

De omzet van General Electric daalde in het eerste kwartaal van 2017 met 1 procent naar 27,7 miljard dollar, wat onder de streep resulteerde in een nettowinst van 619 miljoen dollar. Vorig jaar was er nog sprake van een nettoverlies van 61 miljoen dollar. De autonome omzetgroei bedroeg 7 procent. Het aandeel GE noteerde  ruim 2 procent lager.

Honeywell zag de nettowinst in het eerste kwartaal stijgen van 1,22 miljard naar 1,33 miljard dollar, of van 1,56 naar 1,71 dollar per aandeel. De omzet daalde evenwel nipt van 9,52 miljard naar 9,49 miljard dollar. Op autonome basis groeide de omzet met 2 procent. De operationele winstmarge verslechterde met 100 basispunten tot 17,8 procent. Het aandeel steeg 2,6 procent.

ManpowerGroup heeft over het eerste kwartaal van dit jaar de winstgevendheid zien oplopen en ook de omzet tegen constante valuta redelijk zien stijgen. Het aandeel verloor daarentegen 2,3 procent.

Door: ABM Financial News.

info@abmfn.nl
Redactie: +31(0)20 26 28 999

© Copyright ABM Financial News B.V. All rights reserved. Any redistribution, duplication or archiving prohibited. ABM Financial News B.V. and the provider of this website/application do not warrant the accuracy of any News Content provided and shall not be liable for any errors, inaccuracies or delays in the content, or for any actions taken in reliance thereon.