Je hebt al flink wat vermogen opgebouwd door te sparen en nu wil je graag je spaargeld ‘aan het werk zetten.’ Deze term komt vaak voorbij en het betekent dat door je geld te investeren, je meer rendement kunt behalen dan als je het geld op je spaarrekening laat staan. In principe gaat het dan vaak om het beleggen van (een deel van) je vermogen. Je kunt ervoor kiezen om zelf te gaan beleggen. Maar niet iedereen heeft daar evenveel verstand van, of heeft de tijd om zich erin te verdiepen. Doe je het liever niet zelf, dan kun je ook kiezen voor vermogensbeheer.

Zo werkt vermogensbeheer

Waarschijnlijk heb je de term ‘vermogensbeheer’ al vaker voorbij zien komen in financiële stukken die gaan over vermogensvorming. Het betekent dat je je geld kunt laten beleggen door een bank of vermogensbeheerder. Deze vermogensbeheerder beheert dagelijks het vermogen dat je wilt investeren. Het geld wordt belegd door echte professionals en je hoeft er zelf niet dagelijks naar om te kijken; iets wat veel mensen nu net ook wensen.

Een vermogensbeheerder probeert op de lange termijn een zo hoog mogelijk rendement te behalen. Ook als een professional je geld belegt, loop je risico’s. Zo kun je een deel van je inleg kwijtraken. Maar deze professionals werken dagelijks met beleggingen, waardoor de kans op grote fouten kleiner is ten opzichte van de situatie waarin je zelf de beleggingen zou doen.

Beginnen met vermogensbeheer

Wil je bijvoorbeeld Van Lanschot vermogensbeheer inschakelen voor het vermogensbeheer, dan wordt eerst je persoonlijke situatie in kaart gebracht. Zo wordt er uiteraard gekeken naar hoeveel vermogen je wilt beleggen, wat het doel van de belegging is, en hoeveel risico je wilt lopen. Met name die laatste vraag is erg belangrijk, want op die manier wordt de beleggingsstrategie en het risicoprofiel vastgesteld. Je kunt bijvoorbeeld kiezen voor een defensief risicoprofiel, waarbij het rendement gemiddeld wat lager ligt, maar je ook minder risico loopt. Kies je voor het hoogste, offensieve risicoprofiel, dan is het te verwachten gemiddeld rendement per jaar natuurlijk hoger. Maar de kans is wel ook wat groter dat je geld verliest.

Beleggen

De vermogensbeheerder gaat aan de hand van het risicoprofiel verschillende beleggingen aan, zoals het kopen van aandelen, obligaties, goud en zilver, beleggingsfondsen en/of ETF’s. De winst die de vermogensbeheerder daarmee haalt, is voor jou. Houd er wel rekening mee dat bij persoonlijk vermogensbeheer er vaak een minimum inlegbedrag is. Dit bedrag verschilt per vermogensbeheerder. Het is dus goed om van tevoren te weten wat dit minimumbedrag is. Je krijgt deze informatie doorgaans als je een gesprek aanvraagt bij de vermogensbeheerder. De private banker helpt je verder met het invullen van je financiële gegevens en er is regelmatig een evaluatie over het realiseren van je doelen. Bovendien krijg je regelmatig advies en denken de specialisten goed met je mee.

De kosten voor vermogensbeheer

Uiteraard is het gebruik van de diensten van een vermogensbeheerder niet gratis. Je dient rekening te houden met de zogenaamde beheervergoeding. Over het algemeen wordt er gerekend met twee bedragen: exclusief btw en inclusief btw. Hoeveel je precies als beheervergoeding moet betalen, is afhankelijk van hoeveel vermogen je wilt laten beleggen. Bij de eerste 500.000 euro betaal je bij een bank als Van Lanschot zo’n 0,47 procent (excl. btw). Dat bedrag wordt lager naarmate je meer vermogen wilt laten beleggen. De laagste beheerdersvergoeding betaal je bij een inlegbedrag van 7,5 miljoen euro of meer. Je betaalt dan nog maar 0,26 procent beheerderskosten.

Foto: Unsplash