19 oktober 1987 staat in de geschiedenisboeken vermeld als “Black Monday”. Op die dag daalde de Dow Jones in een keer 22,6%. Hiermee ging $500 miljard beurswaarde in rook op. Voorafgaand aan die zwarte dag lag een technisch patroon dat de analisten van HSBC vandaag opnieuw zien.
In de jaren ’80 werd de schuld van de enorme daling in de schoenen geschoven van “program trading”, met andere woorden: automatische verkoopopdrachten gestuurd door computers. Vandaag is de handel via computers nog meer aanwezig dan 30 jaar geleden.
Voorafgaand aan de crash vormde zich in de zomermaanden een technisch patroon genaamd ‘hoofd-en-schouder’. Hierbij maakt de index 3 toppen waarvan de middelste de hoogste top is (het hoofd). De steunlijn van dit patroon noemt men de neklijn. Wanneer deze neklijn later wordt getest maar niet wordt doorbroken, dalen de koersen in de meeste gevallen nog verder, … zoals bijvoorbeeld in 1987.
Dit jaar zien we een gelijkaardig patroon met een hoofd-en-schouder formatie in de zomer. Momenteel wordt de neklijn getest. Daarnaast heeft de Dow Jones het moeilijk om te consolideren boven de hoogste koers van 2015, zeggen de analisten van HSBC.
Wanneer de Dow Jones onder 17.992 punten daalt, kunnen we een verdere daling van de index verwachten. Een Dow Jones boven 18.449 punten zou de neerwaartse druk doen afnemen.
De analisten van HSBC zien nog meer technische signalen die wijzen op neerwaartse druk op de aandelenmarkt in de Verenigde Staten. Het worden dus nog belangrijke weken om geen herhaling te krijgen van 1987.
Bron: ValueWalk