Door de Covid-19 pandemie had de huizenmarkt het enkele maanden geleden nog erg moeilijk. Dit probleem lijk nu echter volledig van de baan. Een geringe voorraad en de snel stijgende vraag hebben de huizenprijzen overal ter wereld de hoogte in gejaagd, waardoor er bezorgdheid is ontstaan over hoelang deze markt nog kan standhouden.

De Global House Price Index van het Internationaal Monetair Fonds, die de vastgoedmarkt in 57 landen volgt, heeft zijn vorige piek van 2008 overtroffen. Volgens Oxford Economics stijgen de huizenprijzen in grote economieën met meer dan 10% ten opzichte van een jaar geleden.

Deze waanzin stimuleert aandelen die aan de vastgoedsector zijn blootgesteld. De ETF van iShares die residentieel vastgoed volgt, is in 2021 met 23% gestegen wat een aanzienlijk verschil is ten opzichte van de S&P 500.

Alarmbellen

Intense biedoorlogen, aanbodtekorten voor materialen als hout en het vooruitzicht van hogere rentevoeten dreigen de markt te doen ontsporen. De cijfers over de prestaties van de vastgoedmarkt in mei, waren zwakker dan gedacht.

Bij sommigen gaan daarom reeds alarmbellen rinkelen. Analisten benadrukken echter wel dat de markt gezonder is dan in de aanloop naar de vastgoedcrash in 2008, dankzij de strengere leningsnormen.

Niraj Shah, econoom bij Bloomberg Intelligence, schreef eerder deze week dat de markt voor een belangrijke test komt te staan als de leenkosten gaan stijgen. De Federal Reserve gaf woensdag aan dat het de rente eerder dan verwacht zou kunnen verhogen uit vrees voor een te hoog oplopende inflatie.

Lennar, een huizenbouwer uit Miami, zei echter dat de goede tijden nog niet voorbij zijn. Het bedrijf zei deze week bij de voorstelling van haar resultaten dat de toekomstvooruitzichten nog steeds zeer rooskleurig zijn.

Bron: CNN

Foto: iStock