De prestatie van de Amerikaanse aandelenmarkt tussen 31 juli en 31 oktober is doorheen de geschiedenis een bijzonder sterke indicator geweest voor het voorspellen van de presidentsverkiezingen. Sinds WOII faalde deze indicator maar 1 keer. En nu wijst de overwinning in de richting van Donald Trump.
Sam Stovall van CFRA zegt dat een daling van de S&P 500 tussen 31 juli en 31 oktober een slecht signaal is voor de zittende partij, in dit geval de Democraten van Hillary Clinton. Op 29 juli, een vrijdag en de laatste handelsdag van juli, sloot de S&P 500 op 2.173 punten. Op 31 oktober stond de Amerikaanse beursindex 2,2% lager.
Wanneer we terugkijken tot aan de 2e Wereldoorlog, valt op dat in 86% van de gevallen de aandelenbeurs de winnaar correct voorspelde. Slechts 1 keer kon de regerende partij de sjerp van president behouden terwijl de aandelenmarkt daalde. Dat was in 1956.
Wanneer de S&P 500 in dezelfde periode hoger afsloot, kon de regerende partij ook de nieuwe president leveren in 82% van alle presidentsverkiezingen. Hier waren de enige 2 uitzonderingen 1968 en 1980, 2 verkiezingsjaren met een derde-partij uitdager. Dit jaar kon Gary Johnson zich opwerpen als Libertijnse tegenkandidaat.
Maar nog niet alles verloren voor Clinton
Ook de 3 maanden voorafgaand aan de verkiezingsdatum heeft een sterk trackrecord. De verkiezingen zijn over een week, op 8 november. Sinds 8 augustus staat de S&P 500 op een verlies van 2,5%.
De 3 maanden voorafgaand aan de verkiezingsdatum hebben nog nooit een fout gemaakt. Een lagere index voorspelt een overwinning van de tegenkandidaat en omgekeerd. Clinton heeft dus nog 1 week de tijd om de Amerikaanse beursindex 2,5% hoger te krijgen.
Bron: CNBC