Het stressniveau in de markten schiet omhoog. Wat nu als de verwachtingen niet uitkomen en de wereldeconomie wegglijdt in een recessie? “Hebben de centrale banken nog mogelijkheden om de economie weer aan te jagen?”, vraagt Jeremy Lawson, hoofdeconoom bij Standard Life Investments, zich af. Lawson ziet het niet zo somber in. Er staan nog altijd allerlei beleidsopties open. Een ruimhartig begrotingsbeleid gericht op infrastructurele uitgaven kan de binnenlandse vraag aanjagen. QE kan vergoot of opnieuw opgestart worden en rentetarieven kunnen tot diep in negatief territorium verlaagd worden. Maar er is een groot verschil tussen wat gedaan kan worden en wat gedaan zal worden. Het is moeilijk te voorspellen waar de beleidsmakers voor zullen kiezen. Lawson zet op een rij hoe de Fed kan reageren, als de macrodata in de VS ineens verslechteren. Bij een beperkte verslechtering kan de rente nog wat langer laag gehouden worden, tot het herstel weer aantrekt. Bij een substantiële terugval van de economie staat de Fed voor een groter dilemma. De FOMC is terughoudend met verdere verruiming. Maar niets doen, is dan geen optie. Lawson geeft drie redenen voor een agressief ingrijpen door de Fed:
- Het Congres blokkeert overheidsuitgaven die de economie moeten stimuleren
- Of een vertraging tot een recessie leidt, kan niet van tevoren ingeschat worden, dus de Fed zal proactief handelen
- De markt kan paniekerig reageren op slecht nieuws, wat de Fed dwingt tot ingrijpen
Een eventuele QE4 zal veel gelijkenis vertonen met QE3. Lawson vraagt zich af of het genoeg zal zijn. QE kan nog altijd te weinig zijn om groei aan te jagen en inflatie op te drijven. Dan komen minder conventionele maatregelen in beeld. Lawson denkt daarbij aan een helikopter-benadering. Het meest effectief is het uitstrooien van geld over de economie. De geldpers moet op volle toeren gaan draaien. De meeste economen zien dit als de meest effectieve manier om de economie weer op gang te krijgen, maar het zal op veel politieke weerstand stuiten. >> Klik hier en abonneer op het Fondsen Rapport