Volgens de geschiedenis kunnen de aandelenmarkten sterk stijgen wanneer de S&P 500 en de Dow Jones met nieuwe records zwaaien. Voor de S&P 500 was het maandag feest, de Dow Jones deed dit nog eens over op dinsdag. Wat kunnen we nu verwachten? De S&P 500 vertegenwoordigt de 500 grootste bedrijven uit de Verenigde Staten, de Dow Jones de 30 grootste industriële bedrijven. Dat beide indices nieuwe records laten optekenen is een signaal dat beleggers voorbij de economische problemen en Brexit kunnen kijken. Maar er is meer. Het is onmogelijk om op voorhand te weten wanneer een stierenmarkt (een stijgende aandelenmarkt) begint en eindigt. De grens tussen stieren en beren (dalende aandelenmarkt) ligt op 20% maar dat kan je uiteraard pas achteraf vaststellen. De correctie van begin dit jaar leek het begin van een nieuwe berenmarkt te worden, maar de correctie bleef steken op een daling van 14%. Nu er nieuwe records op de tabellen staan, kan men zeggen dat de langdurige stierenmarkt sinds 2009 blijft voortbestaan. Sinds mei 2015 bleven beleggers op hun honger zitten wat nieuwe records betrof. De angst voor een nieuwe langdurige berenmarkt was dus niet ongegrond. Met een forse correctie in augustus vorig jaar en begin dit jaar werd die angst nog meer kracht bijgezet. Daar wordt nu een einde aan gemaakt.
Wat kunnen we nu verwachten?
De gemiddelde stijging vanaf de vorige top na een correctie tussen 14% en 20% bedraagt historisch gezien 12%. Dit betekent dat de indices nog kunnen stijgen tot …
S&P500: 2.384 punten
Dow Jones: 20.324 punten
Dit betekent op zijn beurt dan weer dat de stierenmarkt nog minstens levensvatbaar is tot begin 2017. De periode waarin nieuwe records worden geboekt duurt gemiddeld 177 dagen. Daarbij komt dat een berenmarkt op de aandelenbeurs meestal samengaat met een reeks renteverhogingen van de Federal Reserve, gemiddeld 17. Tot op heden zit de Fed nog maar aan 1 renteverhoging. Het feestje op de Amerikaanse aandelenmarkt lijkt dus nog niet voorbij, gemeten aan historische data.