Niet alleen de aandelenmarkten wisten vorig jaar maart een stevige bodem neer te zetten. Ook de olieprijs wist op dat moment een dieptepunt te bereiken. Vanaf dat moment gerekend is er een imposante herstelbeweging van start gegaan. Opvallend genoeg hebben de energieaandelen hier slechts beperkt van geprofiteerd.
Iedereen kan zich nog wel de olietaferelen van vorig jaar herinneren. Op het hoogtepunt van de coronacrisis was er zelfs tijdelijk sprake van een negatieve olieprijs. Vandaag de dag kan je dat maar moeilijk voorstellen, aangezien de olieprijs onlangs wist te stijgen naar het hoogste niveau sinds het jaar 2018. Toch doet de energiesector amper mee aan deze indrukwekkende prijsrally.
Energiesector heeft het lastig gezien de aangescherpte wet- en regelgeving
Op de bovenstaande grafiek, afkomstig van Datastream, is te zien dat er een groot gat waarneembaar is tussen de MSCI World Energy index en de olieprijs (Brent). Volgens kenners heeft dit met name te maken met het feit dat veel energiebedrijven geconfronteerd worden met aangescherpte wet- en regelgeving. In verband met de klimaatwetten moeten oliebedrijven al enkele jaren hun productie stevig terugdringen. Tevens moet er geïnvesteerd worden in hernieuwbare energiebronnen en dat heeft uiteraard effect op de winstcijfers.
Beleggers lijken dus vooralsnog te twijfelen of de ‘traditionele’ energiebedrijven daadwerkelijk nog een toekomst hebben. De stijgende olieprijs lijkt daarmee met name een korte termijn effect te hebben voor deze bedrijven, terwijl de toekomst onzeker blijft. Het feit is alleen wel dat de wereldeconomie vandaag de dag nog niet zonder de fossiele brandstoffen kan. Zoals gewoonlijk kijken beleggers echter alvast vooruit naar de toekomst.
Wie vandaag laag wil kopen, moet NU in grondstoffen zitten.
Contrair beleggen is vandaag beleggen in grondstofaandelen. Dit onderdeel wordt door de massa uitgespuwd met uitzonderlijke lage waarderingen tot gevolg. De rally in goudmijnaandelen gemist? Of wil je het nog eens overdoen? Lees dan snel verder >>