De ministers van Financiën van de G7 landen zijn zaterdag overeengekomen een wereldwijde minimumbelasting van ten minste 15% op multinationals te ondersteunen. Hierbij zouden de grootste bedrijven belastingen moeten betalen waar zij hun omzet genereren en niet alleen waar zij fysiek aanwezig zijn.

Amerikaans minister van Financiën, Janet Yellen, verklaarde dat de overeenkomst een belangrijke toezegging was van de rijkste economieën ter wereld om te voorkomen dat bedrijven belastingen ontwijken door winsten naar het buitenland te verschuiven.

Techreuzen als Apple, Facebook en Google zouden getroffen kunnen worden door de overeenkomst. Buitenlandse regeringen klagen er al lang over dat Big Tech bedrijven hun meer belastingen moeten betalen. Sommige landen hebben onlangs belastingen ingevoerd die specifiek gericht zijn op deze bedrijven.

Yellen stelt:

Een wereldwijde minimumbelasting zal het speelveld voor bedrijven opnieuw gelijk maken.

Overwinning voor Biden-regering

De overeenkomst is een belangrijke overwinning voor de regering van Amerikaans president Joe Biden, in de aanloop naar de top van de G7-leiders volgende week. Dit toont aan dat zij in eerste instantie in staat is om consensus te bereiken binnen de groep.

Onder leiding van Yellen hebben de Verenigde Staten in de aanloop van de G7-top aangedrongen op een dergelijke overeenkomst. Hoewel dit los staat van een Amerikaanse minimum vennootschapsbelasting, die Biden heeft voorgesteld als onderdeel van de lopende onderhandeling over de infrastructuur-uitgaven, beschouwen medewerkers dit wel als een cruciaal element van zijn bredere belastings-agenda.

Het plan van Biden om ten minste $1,4 miljard aan nieuwe infrastructuuruitgaven te betalen, is voor een groot deel afhankelijk van het verkrijgen van steun voor een wereldwijde minimumbelasting op bedrijven die de betalingen aan de schatkist verhoogt.

De invoering van een minimumtarief zou bedrijven ervan kunnen weerhouden hun winsten te verschuiven naar landen waar zij minder belastingen zouden betalen.

Bron: CNN

Foto: iStock