Het is wat vroeg om aan te kaarten, omdat de beurswijsheid ‘Sell in may and go away’ meestal pas richting het einde van april in alle beursmedia verschijnt. Toch is het niet zo gek om na te denken over het eventueel uitstappen in mei en of je dat misschien beter al voorafgaand aan mei kunt doen, zo schrijft Mark Hulbert, in een opiniestuk. Hulbert kijkt voor zijn financiële nieuwsbrief, the Hulbert Financial Digest, naar data over de behaalde rendementen met deze beurswijsheid die teruggaan tot halverwege 2002, dus bijna 13 jaar. Daarbij gaat hij ervan uit dat beleggers in aandelen een rendement realiseren dat gelijk is aan dat van de Wilshire 5000 index.
Sell in may
Volgens de berekeningen van Hulbert komt het er dan op neer dat de gemiddelde buy-and-hold belegger sinds halverwege 2002 een jaarlijks rendement van 7,7 procent heeft gerealiseerd. Beleggers die automatisch hun aandelen voor cash verruilden in mei en weer terug de markt opkwamen tijdens Halloween, deden het licht beter met een jaarlijks rendement van 7,9 procent maar liepen een stuk minder risico. De Hardings-versie van Sell in may and go away, deed het dankzij kleine aanpassingen nog beter. Om precies te weten wanneer je volgens de Hardings-theorie of volgens Almanac Investor uitstapt, moet je geabonneerd zijn op deze nieuwsbrieven, maar het komt voor dat deze diensten besluiten eerder dan in mei al uit te stappen. Dit kan bijvoorbeeld goed gebeuren na een kortstondige rally op de beurzen.
3 verschillende signalen
Hieronder vind je een overzicht dat Hulbert voor beleggers heeft opgesteld naar aanleiding van 3 verschillende nieuwsbrieven die beleggers een verkoop- en koopsignaal geven rondom de beurswijsheid Sell in may and go away.
Is Sell in may and go away een goede lijfspreuk om je als belegger aan te houden? Klik hier voor 10 wijsheden waar wij achter staan